donderdag 21 november 2013

Metamorfose

Die kerel in de spiegel kijkt mij aan
Alsof ik iets van hem heb aangetrokken
En hij, beneveld door wat flinke slokken,
Met mij eens stevig op de vuist wil gaan

Ga weg, denk ik. Hij blijft verdomme staan
En grijnst naar mij. Ik ben een held op sokken
Die van zijn aanblik hevig is geschrokken
En roepen wil: Ik heb heus niets gedaan

Dan wrijf ik restjes slaapzand uit mijn ogen
Ik maak mijn voorhoofd, neus en wangen nat
En pak een handdoek om me af te drogen

Ik zie mezelf: mijn huid is niet meer glad
Al heeft de spiegel enigszins gelogen
Ik heb mijn beste tijd al lang gehad

Geen opmerkingen:

Een reactie posten